Sleutel ingeleverd betekent uitgecheckt dus klaar om te gaan. Bus opgehaald en op pad.
Merk in de morgen al wat onrust over de slaap plaats voor die avond. Dan ineens zie ik het licht. Nota bene nog voor het tempel bezoek. Ik kan natuurlijk ook gewoon vandaag de boot nemen naar Naoshima.
Hè wat een fijne gedachte. Daar knapt een mens van op. De zon scheen al, maar plots zie ik geen wolkje meer aan de lucht.
Plan nog niet gemaakt Of er popt wat anders op Baksteen uit de maag
Deze tempel ligt ook weer hoog op een berg. Ben het aantal treden vergeten maar las in de reisbijbel dat veel mensen klagen over de klim. Het is nog heel rustig maar als ik omhoog klauter komt er een man naar beneden. Beide benen zijn ernstig misvormd en zo te zien ook moeilijk stuurbaar. Hij loopt met 2 krukken. Geconcentreerd gezicht maar verder alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Ik maak een buiging voor hem, zowel fysiek als mentaal, en groet. Konichiwa. Konichiwa zegt hij terug.
Iets verder op wordt er druk gebezemd. Na de tyfoon van gisteren valt er heel wat op te ruimen. Mooi beeld en geluid. Ouderwetse houten bezem van takkenbossen gemaakt. Swoesch swoesch swoesch. Beter dan de herrie van een bladblazer die ik ook zie staan.
Aangekomen bij de tempel blijkt er een ceremonie bezig. Het is een fotomoment. 12 jonge jongens in poffende witte pakken met zwarte hanekamvormige mutsen op. Er tussen en omheen een delegatie van oudere mensen. 18 mannen, 2 vrouwen allemaal in strakke zwarte pakken. Uitgestreken gezichten. De fotograaf staat op een kistje. Dan is een andere fotograaf aan de beurt. Hij zegt wat en opeens blijkt iedereen toch te kunnen lachen.
Een formaliteit Uitgestreken gezichten Dan toch plots die lach
Doorgelopen naar de volgende tempel. Een complex met een aantal gebouwen verbonden met een overdekte gang. Ik zie 2 jongedames schichtig uit een van de kamers komen en over de gang fladderen. Donker blauwe jurken met erover heen witte gesteven panden. Ze zien er prachtig uit. Maakt nieuwsgierig naar wat ik heb gezien.
De delegatie komt ook naar boven. Hijgend en puffend. De jonge jongens dragen van alles mee. 3 grote manden, elk tussen 2 gedragen op de schouders. En ook 2 bamboe stokken met schoven van rijst er op. Zou het een soort oogstfeest-ritueel zijn?
Nog een andere jongedame komt boven aan. Zweetdruppeltjes lopen van haar wang. Ik knipoog naar haar. Ze blijkt engels te spreken. En ze wist al dat ik hier was. Haar moeder had gezegd dat er een buitenlandse vrouw tegen haar had gekletst. Yup… that was me… Ze vertelt me dat het vandaag een geluksdag is in Japan. Zie je. Had ik het toch goed gevoeld.
Het bezoek zet aan tot denken. Wat zou ik anders willen?
Als mens ben ik trouw Voortaan nog meer aan mezelf Groeiproces op reis.
Mijn boekje wordt dit keer getekend door een jonge vrouw met ranke handen. Zou je hier speciaal voor moeten worden opgeleid? Is het een roeping of gewoon een bijbaantje?
Als ik afdaal zijn de meeste winkels nog dicht. De lokale winkeliers varen er wel bij vermoed ik zo. Veel kitsch maar soms ook prachtige kunst. Géén extra souvenir gekocht!
Terug in Takamutsu sla ik wat boodschapjes in en volg de bordjes ‘ferry’.
Daar word ik verwezen naar rij 4 en het kaartjesloket. So far so good denk ik. De mam achter de balie spreekt goed Engels. How many persons, vraagt hij als ik aanwijs welk busje van mij is. Just one, zeg ik. Hij kijkt zo verbaasd als een Japanner verbaasd kan kijken. So you are the driver? Wow. Vind ik wel lollig en voel me even best een beetje stoer.
De kosten vallen me erg mee. 5400 yen. De brug over van het vasteland naar Shikoku had me 3900 yen gekost. En een tijd rijden. En bibbers, want wat een hoogte en dat met windvlagen en al. Brrrr. Een half uur later zit ik op de boot. 12.40.
50 minuten varen en ik kom aan op het eiland. Wat een feestje.
Zonnetje, bruisende zee en kunst. Een kunstwerk bestaat uit 2 grote granieten ballen in een betonnen ruimte. Ik loop er omheen, raak ze even aan. Mooi vind ik. Ook met dit uitzicht. Benieuwd hoe het heet. Even op de bordjes kijken. Do not enter lees ik
Whoops…. Blij dat ik dat te laat zag.
Ik was er vanuit gegaan dat alle musea dicht zouden zijn op maandag maar een van de belangrijkste blijkt open. Het Benesse art house. En wat een museum is dat. W A A N Z I N N I G GAAF!
Gemaakt van beton is het centrum een ronde zaal met een lichtkoepel. Prachtig helder licht daardoor. Er hangen niet zoveel kunstwerken maar wat er staat en hangt vind ik prachtig.
Er mogen geen foto’s worden gemaakt dus spreek ik in wat ik zie. Dan kom ik een keurig Engels echtpaar tegen. Ze kijken geschokt naar mijn telefoon. Als ik ze uitleg dat ik geen foto’s neem zeggen ze: That is very wise. We just tried to take a sneaky picture and were told off. They have cameras every where you see? Wijzend naar een zwart bolletje. Zo zie je maar. Uiterlijk zegt niet alles. Was overgens wel extra blij met mijn onderdrukte impuls om toch stiekem…. Als ik binnen de trap af wil lopen valt mijn oog op wat onkruid tussen de betonblokken. Wat een bizarre plek denk ik. Hoe kan dat dáár nou groeien.
Dan komt er iemand van het personeel de trap op lopen. Had je de plantjes daar gezien? Verrek denk ik. Ze zien écht alles. Kunnen ze ook mijn gedachten lezen? Dat zijn geen plantjes maar dat is kunst. Kijk maar, hier op het plaatje. Weed heet het kunstwerk. Ik had de naam zó zelf kunnen bedenken.
Net las ik dat mijn kaartje voor 2 dagen geldig is. Misschien trakteer ik mezelf er morgen op een diner.
Op het strand pak ik hier en daar wat plastic op. Dan valt mijn oog op een zeesterhuisje. Ok. Ik doe echt mijn best maar die neem ik mee. Anders wordt het straks toch maar zand…
Tijd voor het bedenken van een slaapplek. Er is hier een kampeerplaats. Niet voor campers. Als ik vraag of ze plek hebben zegt de jongen achter de balie: alleen in een caravan. En het is zo winderig. Ik zou het je niet aanraden. Geen beste verkoper denk ik. De schat. Is er bezwaar tegen overnachten op de parkeerplaats in mijn eigen busje? Vraag ik. Hij zegt daar ga ik niet over. Maar het lijkt mijzelf wel een beter plan. Tja… tegen zoveel eerlijkheid ben ik niet bestand.
Hier sta ik nu dus. Op een parkeerplaats op Naoshima. De krekeltjes zorgen voor een achtergrondmuziekje.
Wat ben ik gezegend.